Geschiedenis

Historie van Schuttersgilde Sint Martinus Gaanderen

Onder Koning Willem I kwam in 1815 een wet tot stand omtrent de oprichting van Schutterijen. Zij werden in alle steden opgericht tot behoud van de plaatselijke rust. Deze Schutterijen dienen in tijden van oorlog en gevaar ter bescherming tegen de aanvallen van de vijand. Zij werden samengesteld uit de meest geschikte ongehuwde mannen tussen 18 en 40 jaar oud (echter was het ook mogelijk dat hier iets van af geweken werd indien er onvoldoende manschappen waren).

Volgens de overlevering liepen er rond 1870 in Gaanderen al Schutters rond. In 1871 nam pastoor Luijckx van Gaanderen het initiatief tot de oprichting van de “Compagnie St. Martinus”, vernoemd naar de patroonheilige van de kerk/parochie, bestaande uit dertien onverschrokken maar vooral ongehuwde mannen afkomstig uit en woonachtig in Gaanderen.

Met het verbeteren van de veiligheid in Europa verdween echter de militaire taak van de Schutters. In 1901 worden dienstdoende en rustende Schutterijen opgeheven en moeten beschikbaar gestelde wapens, munitie en andere uitrustingsstukken worden ingeleverd. Het begrip ‘Schutterij’ kreeg een geheel nieuwe betekenis en de activiteiten richten zich niet langer meer op handhaven van orde en rust, maar op de religieuze en sociale/culturele functie in de Gaanderense gemeenschap. 

Zij waren binnen de gemeenschap betrokken bij diverse activiteiten en feestavonden, die later uitgegroeid zijn tot Schuttersfeesten (Schuttersconcoursen) en kermissen. Het organiseren van de jaarlijke kermis is daarmee een belangrijke taak geworden van het Schuttersgilde Sint Martinus Gaanderen. Ook onderling tussen verschillende Schutterijen waren de Schuttersconcoursen een mooie gelegenheid om eigen vaardigheden te meten met andere Schutterijen.

Niet veel later groeide de groep van dertien schutters uit met tamboers en blazers met een signaalhoorn, waarbij alle schutters ook een gelijk uniform kregen om meer eenheid uit te stralen. In 1952 werd de Schutterij een Schuttersgilde en sloot men zich aan bij de ‘Federatie van Geldersche Schutterijen en Schuttersgilden Sint Hubertus’. Niet veel later werden ook kinderen toegelaten tot het Gilde en werd er in 1956 een jeugdkorps opgericht, bestaande uit 25 jongens. Rond die tijd bestond het Schuttersgilde uit ongeveer 75 geüniformeerde leden, bestaande uit een commandant, schutters, tamboers en vendeliers. Er kwam steeds meer ontwikkeling in het Schuttersgilde, zo bleken de schutters ook bekwaam in hand- en kruisboogschieten en waren er mogelijkheden tot het volgen van muzieklessen voor fluitisten en tamboers. Dit zorgde voor een uitbreiding van het tamboerkorps met komst van meerdere fluiten, een overslag, twee dieptrommels en vier kleine trommels. In de jaren 70 kwam daar de oprichting van de majorettegroep bij.

Door de jaren heen heeft de drumfanfare van Schuttersgilde Sint Martinus zich doorontwikkeld onder leiding van o.a. dirigent(e) Anja Loesink, Hein de Jong en Miranda Thuis, waarmee het muzikale niveau met grote stappen vooruit ging en dit vooral duidelijk werd door de prijzen die tijdens de concoursen behaald werden. In 2000 werd het eigen clubgebouw geopend en werden de mogelijkheden om te oefenen enorm uitgebreid. In 2006 werd een groep van bielemannen gevormd en als laatste sloot in 2015 de groep van marketentsters zich aan ons Schuttersgilde, waarmee het nu beschikt over; bielemannen, majorettes, drumfanfare, hand- en kruisboogschutters, luchtgeweerschutters, marketentsters, officieren en vendeliers.